Het thema van de Domino 2024-2025 is ‘Zaans industrieel erfgoed’.
Het moet een doorlopend verhaal worden en aan het eind een mooi verhaal zijn. Maak bij iedere foto een passende tekst. Het voorwerp van ‘Verkade’ dient op iedere foto opvallend aanwezig te zijn. Klik op de foto om te vergroten.
Verkade. Het begon allemaal in 1886. Eric Verkade bouwde met zijn twee zonen brood- en beschuitfabriek “de Ruyter”. Wie is er niet opgegroeid met het biscuitje met de unieke ovale vorm en volle smaak, bereid met het volkorenmeel én een vleugje sesam en honing om te dopen in de thee? Dus ik ga op reis, op avontuur, en ik neem deze biscuitrommel mee. | |
Gort. Lang voor er luxe koekjes van Verkade in koffie werden gedoopt, was gort, gepelde wintergerst, het belangrijkste volksvoedsel. In 1810 startte J. Zwaardemaker zijn bedrijf met twee pelmolens om in 1914 dit hoge gebouw aan de Oostzijde in gebruik te nemen. Het belang van gort als voedsel nam in de eerste helft van de vorige eeuw af, en in 2000 viel het doek voor het karakteristieke pand. Het gemeentebestuur van Zaanstad wilde dit industrieel icoon niet aan gort slaan en nu is het een appartementencomplex. Nu kennen jullie het verhaal van Zwaardemaker van haver tot gort. | |
De Hondsbosche sluis Vanaf 1421 werd aan de verdediging van de kust bij Petten gewerkt. Om de Hondsbossche Zeewering te kunnen bouwen werden vanuit de Belgische plaats Vilvoorde schepen met bouwmaterialen en de stenen via Gouda, Spaarndam via het IJ naar Edam gevaren en zo naar Petten. Eind 16e eeuw kwam de sluis in Edam klaar, met dezelfde afmetingen als die in Gouda. Het Hoogheemraadschap van den Hondsbossche en Duinen tot Petten, de stad Alkmaar en de banne Westsane en Crommenie lieten daarna ook een sluis in Zaandam bouwen, die in 1547 gereed kwam. Naast de functie voor de scheepvaart was deze eeuwenlang van belang voor de afwatering van de Schermerboezem. | |
De beschuittoren Wormer De Wormer en Jisper beschuitbakkerijen, uitgeoefend in kleine houten panden, waren bijzonder brandgevaarlijk. Daarom werd in 1605 bepaald dat, om het brandgevaar te beperken, tussen 18:00 uur en 24:00 uur niet gebakken mocht worden. De bakkers in het westen van het dorp konden zich er op beroepen dat zij bij ongunstige wind de kerkklok in het oosten van het dorp niet hoorden. Daarom werd besloten aan de westkant van het dorp een stenen toren met klok te bouwen, die ook om 6 uur en om 12 uur werd geluid. Op 4 mei 1896 werd begonnen met de afbraak van de beschuittoren. De vier gevelstenen uit de beschuittoren werden eind 1940 ingemetseld in de oostmuur van het museum Honig Breethuis. | |
Ontstaan van Lassie. Het begon ooit met de broers Albert en Jacob Adriaan Laan. Zij startten op 1 juli 1893 de eerste op stoomkracht gedreven pellerij van Nederland. Deze fabriek werd later uitgebreid met een indrukwekkende silo. Ze kozen voor de bouw voor het relatief nieuwe bouwmateriaal beton. Deze silo gebruiken we vandaag de dag nog steeds. De meer dan honderd jaar oude gebouwen waar nog steeds de productie plaatsvindt zijn geheel gerestaureerd. Het begon in Wormer als gortpellerij, maar inmiddels is het al jaren de nummer één op het gebied van rijst en granen in Nederland. Onder de naam Lassie wordt hedendaags rijst, vluggort en couscous op de markt gebracht. | |
Meelmolen De Bleeke Dood. De molen is gebouwd aan de zuidelijke kant van Zaandijk en heeft de windbrief in 1656 gekregen. Het is de hoogste molen in de Zaanstreek. De naam heeft de molen waarschijnlijk te danken aan de watermolen ’ Het Leeven’ die aan de noordkant bij de grens van Zaandijk en Wormerveer was gebouwd (1633-1904). De Zaandijkers woonden tussen het leven en de dood. Oorspronkelijk konden de schuiten vanuit de Zaan tot onderin de molen varen om te laden en te lossen. Begin 1900 werd de dijk verbreed zodat met paard en wagen de tarwe werd aangevoerd. Wat in de ochtend werd gebracht werd in de middag al weer opgehaald. Vandaar het gezegde ‘wie het eerst komt wie het eerst maalt’. In 1911 en later nogmaals in 1922 is er brand geweest in de molen en was de molen bijna verloren gegaan. Hierna is het verval van de molen ingetreden en waren er sloopplannen . In 1956 heeft de Vereniging De Zaansche Molen ervoor gezorgd dat de molen totaal gerestaureerd werd. | |
Bruynzeel in Zaandam. Het hout- en timmerbedrijf Bruynzeel, nog altijd beroemd om zijn keukens, werd in 1897 opgericht in Rotterdam door de Zeeuwse Cees Bruynzeel. Een brand in de Rotterdamse fabriek ‘de Arend’ in 1919 betekent voor de firma Bruynzeel een gedeeltelijke en later zelfs volledige verhuizing naar de Zaanstreek in 1920, een beslissing die hen geen windeieren heeft gelegd. Hoewel Bruynzeel buiten een keukenshowroom niet meer gevestigd is in Zaandam, domineren de voormalige fabriekshallen nog altijd het aanzicht van het bedrijventerrein. (Bron: https://onh.nl/verhaal/bruynzeel-in-zaandam) | |
Bijdrage Jos | |
Het Weefhuis is in de 17e eeuw gebouwd als werkplaats waar z.g. schepramen werden geweven, die werden gebruikt bij de papierfabricage. De werkplaats was eigendom van een papierfabrikant Honig, die schuin tegenover het weefhuis woonde in wat nu Museum Honig Breethuis is. De fabricage van papier gebeurde in de papiermolens De Veenboer en De Vergulde Bijkorg. Beide molens zijn verdwenen. De werkplaats had oorspronkelijk maar 1 verdieping, de begane grond. Pas omstreeks 1870 werd het gebouw met een verdieping opgehoogd. Het werd toen een woonhuis. Begin 21e eeuw kwam het Weefhuis in bezit van de Stichting Het Weefhuis die – na een grondige restauratie- het pand exploiteert als ruimte voor concerten, lezingen, exposities e.d. | |